" Het gemene kind " geschreven door Vito

Er was eens een gemeen kind  die de wereld wou doen ontploffen. Hij had zijn papa vermoord met een keukenmes in de badkamer en zijn mama had hij vermoord met een duimspijker. Daarna ging hij naar het pretpark wat hij van zijn ouders nooit zou mogen .

De volgende morgen lag hij met een open mond in het weeshuis. Hij schreeuwde : ik wil naar huis! Alle kinderen werden  wakker en begonnen te huilen. Op dat moment kwam de directrice binnen. Hallo zei ze, hoe heet jij? Heu ik? Ja jij! idioot! riep ze. Ik heet  Thomas  maar ik wil hier weg! zei Thomas; Jij idioot jij blijft hier zo lang als ik wil!

In de middag dacht Thomas dat hij soep met een broodje ging krijgen maar hij kreeg vieze groene smurri met kikkerpoten. Hij at een hap en moest kotsen. In de avond at hij niets. Hij werd het beu dat hij de hele tijd onder commando moest blijven. Hij moest dat thuis niet .Op dat moment bedacht hij een plan dat hij door het raam weg kon sluipen en dat hij dan vrij was . Maar het was makkelijker gezegd dan gedaan .Hij moest eerst de kinderbewakers  omzeilen en dan de bewakingscamera's ontwijken . En net voor hij aan de deur stond raakte een hand hem  Aaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaa!!!! riep hij en hij draaide zich om.

Er was niemand echt niemand. Hij ging door met zijn plan en op dat moment dacht hij dat hij iets hoorde uit de kamerdeur. Hij zag licht uit de kamer glijden en stond verstijfd van angst . HELP!!!!! Maar hij had  te luid geroepen. Op dat moment liep de directrice gillend uit de deur waar Thomas dacht dat er een monster zat .

Wat is er gebeurd lieverd? niets! ga maar naar je bed  . De volgende ochtend was hij het echt beu. Hij liep naar de uitgang  en hij liep weg, zo makkelijk was  het.

Toen de avond viel kwam Thomas een houten hut tegen die in een boom zat vastgebonden , Coooool!!!!! dacht Thomas   en    klom er in. In de boomhut stonden wel 10 gouden kandelaars en zeker 20 leunstoelen . Hij zag een trap die naar boven leidde. Hij liep op de trap naar boven en zag doodshoofden en skeletten liggen. Hij liep gillend naar beneden en zag daar plots twee mannen praten.  Hij verstopte  zich achter een vuilbak maar dat hielp niet. De twee mannen pakte hem op. En voor hij het wist was hij dood.

Einde

Vito